Bas Krins
Bijbelgetrouw christen zijn vandaag.

Het toekomstvisioen van Ezechiël: letterlijke of symbolische uitleg?

  

1.   Inleiding

 

Het grootste deel van de profetie van Ezechiël omvat een veroordeling van de zonden van het volk van Juda en een aankondiging van de ballingschap. Deze profetieën zijn uitgesproken voordat Jeruzalem gevallen is. Nadat het volk in ballingschap is gegaan en Jeruzalem verwoest is, krijgt Ezechiël een visioen die een beeld geeft van de toekomst. De uitleg van dit visioen roept veel vragen op. Is dit visioen een letterlijke of symbolische beschrijving van de toekomst? En is dit visioen reeds geheel of gedeeltelijk vervuld in de geschiedenis? Of zal het nog vervuld worden in de toekomst? Met name het deel met de beschrijving van de tempel roept veel vragen op.

  

2.   Overzicht van het visioen

 

Het toekomstvisioen betreft de hoofdstukken 37 t/m 48 van Ezechiël.
Dit deel begint met een visioen van de dorre doodsbeenderen. In een visioen ziet Ezechiël een dal dat vol ligt met menselijke beenderen die er al lang liggen. Ezechiël moet profeteren tegen deze beenderen. Vervolgens komen de beenderen bij elkaar, en komen er pezen en vlees op de beenderen en een huid eroverheen. De lichamen zijn op deze manier hersteld, maar er zit geen leven. In. Dan moet Ezechiël tot de geest profeteren, waardoor de mensen tot leven komen en er een grote menigte mensen ontstaat. God zelf legt dit visioen uit. De beenderen zijn een beeld van het hele huis van Israël, dus alle twaalf stammen. Het visioen beeld de terugkeer uit de ballingschap uit. Twee dingen vallen op. Het eerste dat opvalt is dat dit visioen de terugkeer van zowel de 2 stammen uit de Babylonische ballingschap als de terugkeer van de 10 stammen uit de Assyrische ballingschap uitbeeldt. De Here Zelf vertelt Ezechiël dat het hier gaat over de terugkeer van het gehele huis van Israël. Het tweede dat opvalt is het feit dat het herstel wordt uitgebeeld in twee fases: een fysiek herstel en een geestelijk herstel.
Daarna krijgt Ezechiël de opdracht tot een profetische handeling die de hereniging van het 2-stammenrijk en het 10-stammenrijk uitbeeldt. Hij moet een stuk hout (of schrijfplankje) nemen die Juda uitbeeldt, en één die Efraïm uitbeeldt, en deze twee tegen elkaar houden alsof ze één geheel zijn. De situatie uit de tijd van David en Salomo, vóór de opsplitsing van het rijk, keert dus weer terug. Vervolgens geeft God aan dat het volk geregeerd zal worden door een (messiaanse) koning die in de geslachtslijn van David staat. Hij zal voor altijd zijn heiligdom (de tempel) in hun midden zetten.
In twee parallelle visioenen ziet Ezechiël dan hoe de vorst Gog samen met andere volken een aanval doet op Israël. Het visioen heeft duidelijk betrekking op een verre toekomst. Gog, de vorst van Magog, trekt samen met Paras (Perzië), Kusj (Nubië), Put (Libië) en Gomer en Togorma vanuit het noorden met een groot leger naar Israël. Het zijn de landen die aan de grenzen liggen van de toenmalig bekende wereld. Als zij Israël aanvallen dan grijpt God Zelf in doordat zij elkaar bestrijden en door grote natuurrampen worden getroffen. Gog en zijn bondgenoten worden vernietigd. In een tweede visioen wordt de vernietiging van Gog en zijn bondgenoten uitgebreid beschreven. Tevens wordt aangegeven dat alle volken de macht van God zullen zien en dat Israël God zal erkennen als hun Heer.
Vervolgens krijgen we het uitgebreide tempelvisioen. De nieuwe tempel wordt gedetailleerd beschreven. Vervolgens zien we hoe de heerlijkheid van God terugkeert in de tempel, en volgen de voorschriften en inzettingen met betrekking tot de tempel. Dan zien we hoe een waterbeek uit de tempel stroomt naar de Dode Zee. Dit water zorgt ervoor dat de Dode Zee weer gezond wordt en veel vis zal bevatten. Langs de beek staan bomen die elke maand vrucht geven, en waarvan het loof geneeskrachtig is.
Tot slot wordt de verdeling van het land Israël gegeven waarbij elke stam een strook land toegemeten krijgt.

        

3.   Reeds vervuld bij de terugkeer uit de ballingschap? Of vervuld in de Messias?

 Uitgangspunt voor mij is dat dit soort oudtestamentische profetieën gelezen moeten worden zoals de eerste hoorders en lezers ze begrepen zullen hebben. Vervolgens moet nagegaan worden of er vanuit het Nieuwe Testament er aanvullende inzichten zijn die helpen de betekenis te begrijpen.
Een aantal uitleggers stellen dat deze profetieën van Ezechiël reeds vervuld zijn in de periode van de terugkeer uit de ballingschap. Dit standpunt is alleen vol te houden door de profetieën van Ezechiël te relativeren. Als men de profetieën leest zoals de oorspronkelijke lezers het begrepen moeten hebben dan is het niet mogelijk om te beweren dat deze profetieën al vervuld zijn. De terugkeer van de 10 stammen is er niet geweest, en dus evenmin de samenvoeging van het 2-stammenrijk en het 10-stammenrijk. De volledige vernietiging van de vijanden van Israël heeft nooit plaatsgevonden. Ook heeft het land Israël na de ballingschap nooit meer de omvang gehad die in deze profetie is aangegeven.
Een andere wijze van uitleg is dat men in de komst van de beloofde Messias een vervulling ziet van deze profetieën. Het zal duidelijk zijn dat dit indruist tegen het uitgangspunt dat de exegese moet aansluiten bij de wijze waarop in eerste instantie de profetieën begrepen zijn. Als men naar alle details van deze profetieën kijkt dan is er wel heel veel fantasie nodig om deze exegese vol te houden.
De conclusie is dus dat deze profetieën van Ezechiël vooral verwijzen naar een toekomst die nog moet komen.

      

4.   Het visioen als spiegelbeeld van de ballingschap

Het toekomstvisioen van Ezechiël wil in de eerste plaats hoop geven aan de ballingen in Babel. Dat zien we in de tegenstellingen tussen de situatie van de ballingen en de situatie die in het visioen wordt geschilderd. De leidslieden waren verantwoordelijk voor de ondergang van het volk, maar er komt een andere herder, een Messias uit het geslacht van David. Jeruzalem is verwoest en de bevolking zit in een vreemd land in ballingschap. Maar in het visioen wordt het oordeel over de volken uitgesproken, Gods volk is terug in zijn eigen land en er komt een geestelijk herstel. De tempel die nu verwoest is wordt weer herbouwd. En God, die de tempel heeft verlaten vanwege de zonden van de geestelijke leiders en het volk, keert weer terug.
Dat neemt niet weg dat de belofte die gedaan wordt geen loze belofte is maar een daadwerkelijk toezegging. De vraag is echter wanneer en op welke manier deze profetieën vervuld worden.

    

5.   Letterlijk of niet?

 De vraag is hoe de profetieën van Ezechiël bedoeld zijn. Het is duidelijk dat het visioen van de dorre doodsbeenderen een symbolische betekenis heeft. En de betekenis van het samenvoegen van de twee stukken hout is ook duidelijk. Maar hoe moeten we het uitgebreide tempelvisioen begrijpen? En het beeld van de tempelbeek waardoor de Dode Zee weer levend wordt? En de zeer schematische verdeling van het land over de twaalf stammen?
Het meest gehoorde argument voor de bewering dat het tempelvisioen moet worden gezien als een opdracht om daadwerkelijk deze tempel te bouwen is dat er veel gedetailleerde maten worden gegeven. Wat voor zin heeft het om zo precies alle maten te geven als het niet de bedoeling is om de tempel te bouwen? Dat blijkt echter betrekkelijk te zijn. De beschrijving bevat vrijwel geen hoogtematen, en ook wordt niet aangegeven welke materialen gebruikt moeten worden. Er is geen vermelding van goud, zilver, edelstenen of cederhout. Voorstanders van een letterlijke uitleg geven aan dat in de toekomst de ontbrekende gegevens op een of andere manier nog geopenbaard zullen worden. Dat is uiteraard een gezochte uitleg, want nergens wordt dit gesuggereerd. We moeten ons realiseren dat uitgebreide vertellingen met veel ogenschijnlijk onnodige details tot de stijl van Ezechiël behoort. Als voorbeeld kan gewezen op Ez. 16 waar we eveneens een zeer uitgebreide beschrijving zien met veel details die in onze beleving overbodig zijn met het oog op de boodschap die de profeet wil brengen. Maar ook verschillende andere profetieën in het boek Ezechiël zijn voor ons gevoel onnodig gedetailleerd en uitgebreid. Het feit dat het tempelvisioen zo gedetailleerd is, is dus geen aanwijzing dat de tempel ook daadwerkelijk volgens dit model gebouwd moet worden.
Een opvallend element is dat de tempel op een andere plaats wordt gezien als de tempel in Jeruzalem. In de beschrijving van Ezechiël ligt de tempel kilometers boven ‘de stad’. Uitleggers verschillen van mening over het antwoord op de vraag of met ‘de stad’ Jeruzalem bedoeld wordt of niet, maar in elk geval is duidelijk dat de tempel van Ezechiël niet in Jeruzalem wordt gezien. Ook wordt expliciet aangegeven dat de tempel van de koning niet meer naast de tempel ligt, zoals in Jeruzalem wel het geval was. De meeste uitleggers die op basis van deze profetie aangeven dat de tempel inderdaad volgens deze beschrijving gebouwd zal gaan worden, zien als locatie daarvoor de stad Jeruzalem. Maar als men deze profetie letterlijk neemt dan kan dat dus niet. Zonder meer valt op dat Jeruzalem in dit visioen in het geheel niet bij name genoemd wordt.
Als we naar de details van de beschrijving van de tempel kijken, dan vallen diverse dingen op. Er is geen kandelaar of reukofferaltaar, maar ook geen voorhangsel en ook geen ark. De hogepriester ontbreekt eveneens. En als we naar de feesten kijken dan missen we het Wekenfeest, de Dag van de Bazuin, het Loofhuttenfeest en de Grote Verzoendag. Dit betekent dat het dus niet zo is dat de oorspronkelijke tempeldienst in het visioen van Ezechiël volledig hersteld wordt.
Als men aanneemt dat het tempelvisioen nog letterlijk in vervulling zal gaan, dan is de vraag wat de betekenis van de offers is. Immers die hebben hun betekenis verloren sinds Jezus Christus gekomen is. Er zijn duidelijke verschillen tussen de offers die Ezechiël beschrijft en datgene wat we in de Thora lezen, zonder dat geheel duidelijk is wat daarvan de achtergrond is. De gebruikelijke opvatting van voorstanders van een letterlijke uitleg dat de offers allen bedoeld zullen zijn als herinneringsoffers wordt echter niet ondersteund door de beschrijving van Ezechiël. Het is een gezochte uitleg waarvoor de argumenten niet te vinden zijn in de tekst zelf.
Opvallend is dat nergens een oproep te vinden is in de profetie van Ezechiël om de tempel ook te bouwen volgens het ontwerp dat hij in het visioen gezien heeft. Ook bij de herbouw van de tempel na de terugkeer uit de ballingschap heeft de profetie van Ezechiël geen rol gespeeld. Kennelijk heeft men ook toen aan het einde van de 6 de eeuw v.Chr. in dit visioen geen model gezien dat nagebouwd moet worden.
Er zijn ook aanwijzingen dat het visioen een bepaalde symbolische boodschap wil brengen. Zo ligt de nadruk bij de beschrijving van de tempel op de heiligheid ervan. Dit is in contrast met de afgoderij dat de oorzaak van de ballingschap is geweest. Daarom is er ook grote nadruk op het feit dat er geen afgodendienst meer zal zijn in de nieuwe tempel. En het paleis ligt niet meer naast de tempel, omdat koningen altijd in de buurt van het paleis werden begraven en de tempel niet ontheiligd mag worden door lijken. Dit kan ook de reden zijn dat de tempel niet wordt gebouwd op de ruïnes van de oude tempel, maar op een geheel nieuwe plek. Gods heiligheid wordt ook onderstreept door de offers die genoemd worden. Als men let op de verschillen tussen de voorschriften van Mozes en de voorschriften die Ezechiël noemt dan valt op dat de nadruk sterk ligt op de heiligheid van de tempel. Een ander opvallend aspect is dat de vreemdelingen in het geheel het tempelcomplex niet mogen betreden, en dat de offeraars, Levieten en de vorst alleen in het gebied tussen de tempel en de buitenmuur mogen komen. Uitsluitend de priesters komen binnen de binnenmuur rondom de tempel. Ook nu lijkt het erop dat hiermee grote nadruk op de heiligheid van de tempel wordt gelegd. En het meest opmerkelijke: God Zelf is aanwezig in de tempel. Geen voorhangsel, geen Ark en geen Hogepriester die tussen God en het volk instond, maar God Zelf is aanwezig.
Het visioen van de tempel is sterk verbonden met het visioen van de rivier die uit de tempel komt. Het is duidelijk dat dit visioen een symbolische betekenis heeft. Als de beschrijving van de tempel een opdracht is om de tempel volgens dit model te bouwen, dan is de verbinding met zo’n visioen dat overduidelijk een overdrachtelijke betekenis heeft moeilijk te verklaren.
Over de beschrijving van de grenzen van het land is veel te zeggen. Opvallend is dat de grenzen sterk vergelijkbaar zijn met de grenzen van de 9½ stam, dus zonder de 2½ stam die zich had gevestigd in het overjordaanse, in de beschrijving van de oorspronkelijke verdeling van het land. Alle stammen krijgen in dit gebied een plek, waarbij de indeling sterk schematisch lijkt te zijn. Het hele land wordt in 13 horizontale stroken verdeel. Eén strook waarop o.a. de tempel en ‘de stad’ liggen en 12 stroken voor de 12 stammen. Het land dat hier wordt gezien is dus kleiner dan het land waarover Salomo regeerde, omdat in zijn tijd nog steeds 2½ stam aan de overzijde van de Jordaan woonde.

           

6.   De Openbaring aan Johannes

Voordat we gaan proberen om na te gaan hoe de toekomstprofetie van Ezechiël vervuld zal worden, is het goed om te kijken hoe de schrijver van de Openbaring aan Johannes ermee omgaat.
De verwachting van de terugkeer uit de ballingschap komen we tegen bij de beschrijving van de zesde plaag (Openb. 16:12). Daar lezen we ook over het verzamelen van de volkeren tot de oorlog (Openb. 16:16 met een citaat uit Ez. 38:8,21 en 39:2,4). Vervolgens komen we aan het einde van het Duizendjarig Rijk (Openb. 20:7-15) een verwijzing tegen over Gog en Magog. De beschrijving van de nieuwe hemel en de nieuwe aarde heeft verschillende overeenkomsten met de beschrijving van de tempel van Ezechiël, en in beide teksten is sprake van een rivier die ontspringt vanuit de troon van God. Maar, zegt Johannes over het nieuwe Jeruzalem, een tempel was er niet (Openb. 21:22). Net als bij Ezechiël wordt sterke nadruk gelegd op de heiligheid. Niets onreins zal het nieuwe Jeruzalem meer binnenkomen.

    

7.   De vervulling van het toekomstvisioen van Ezechiël

 Zowel de volledig symbolische uitleg als de volledig letterlijke uitleg doen te kort aan de betekenis van het toekomstvisioen van Ezechiël.
De eerste betekenis was voor de ballingen. Een boodschap van hoop. Er zal een tijd aanbreken waarin God de zonden niet meer zal toerekenen aan de Israëlieten en Hij weer zal omzien naar Zijn volk. Maar het is zonder meer duidelijk dat de terugkeer uit de ballingschap niet meer dan een gedeeltelijke vervulling van de profetie kan zijn. We zien uit naar een volledige vervulling als alle stammen zullen terugkeren naar het beloofde land.
Het is opvallend dat in het visioen van de dorre doodsbeenderen het herstel in twee stappen plaatsvindt. Eerst een herstel als mens en vervolgens pas een nieuwe geest. Verschillende uitleggers zien hierin een aankondiging van een herstel van Israël in twee stappen. Eerst de terugkeer naar het land en dan de erkenning van Jezus als Messias. Deze uitleg is zeer wel mogelijk. De regering onder de Messiaanse koning wordt vervuld in het 1000-jarig rijk, als de Messias zal regeren.
Het tempelvisioen is in de eerste plaats een beeld van Gods aanwezigheid te midden van Zijn volk. In mijn beleving moeten we op z’n minst een voorlopige vervulling zien in de komst van de Messias. De rivier die uit de tempel stroomt geeft een beeld van het werk van de Heilige Geest. Die Geest zorgt ervoor dat mensen genezen worden en er een ongekende vrucht komt. Het tempelvisioen is geen beeld van een herbouw van de tempel in de eindtijd.
Meer vragen roept het visioen over de verdeling van het land op. De omvang van het land blijkt nauwkeurig overeen te komen met de omvang van het land zoals dat aan Mozes en Aäron beloofd is. Het is het land van de 7 volken die God beloofd had te zullen verdrijven, van de rivier van Egypte tot de Eufraat. Het is zeer wel mogelijk dat dit betekent dat het land Israël in de toekomst daadwerkelijk weer deze omvang zal bereiken.
Uit de Openbaring aan Johannes blijkt dat de volledige vervulling van het tempelvisioen en de tempelrivier zal plaatsvinden in het nieuwe Jeruzalem. Dan zal God te midden van Zijn volk wonen en zal er geen ziekte meer zijn.
Tot slot. In dit artikel wordt betoogd dat niet op basis van Ezechiël gesteld kan worden dat de tempel in de eindtijd herbouwd zal worden. Daarmee wordt geen uitspraak gedaan over de mogelijke herbouw van de tempel in het algemeen. Immers, er zijn nog andere argumenten – andere Bijbelteksten dan Ezechiël - die hiervoor gebruikt worden die niet in dit artikel worden besproken.

         

Bas Krins – mei 2016