1. Inleiding
In de Nederlandse taal gebruiken we regelmatig een metafoor, een beeldspraak. En dat beeld kan ontleend zijn aan het menselijk lichaam. Denk aan iemand die ‘zijn hart wil luchten’. Dit heeft natuurlijk helemaal niets te maken met de hartspier die het bloed door ons lichaam doet stromen, maar dit gaat over iemands gevoelens. En iemand die ‘het hart op de tong heeft’ is iemand die over zijn gevoelens spreekt.
Er zijn ook zegswijzen waarin de nieren worden genoemd. Zoals de uitdrukking ‘in hart en nieren’ en de uitdrukking ‘iemands nieren proeven’. Hierin worden de nieren beschouwd als de plaats van iemands diepste gevoelens. Deze laatste twee zegswijzen komen uit de Bijbel.
Ook in het Bijbelse Hebreeuws van het Oude Testament worden metaforen gebruikt op basis van het menselijk lichaam. Die hebben echter een andere betekenis dan in het Nederlands. Daarover gaat dit artikel.
2. Hart
Als we lezen dat David ‘een man naar Gods hart’ was (1 Sam. 13:14, Hand. 13:22), dan zijn we geneigd om te denken aan het hart als centrum van onze emoties. Dat is echter niet het geval. Het hart is vooral het centrum van ons verstand in het Oude Testament. Hieronder een aantal voorbeelden ter illustratie [[1]]:
Gen. 6:5 En de HEERE zag dat de slechtheid van de mens op de aarde groot was, en dat al de gedachtenspinsels van zijn hart elke dag alleen maar slecht waren.
Ex. 31:6 En Ik, zie, Ik heb Aholiab, de zoon van Ahisamach, uit de stam Dan, aan hem toegevoegd. En in het hart van ieder die wijs van hart is, heb Ik wijsheid gegeven zodat zij alles kunnen maken wat Ik u geboden heb:
1 Kon. 4:29 God gaf Salomo wijsheid, zeer veel inzicht en groot verstand [lett. ‘ruimte van hart’], overvloedig als het zand dat aan de oever van de zee is.
Ps. 83:6 Want samen hebben zij in hun hart beraadslaagd;
Spr. 6:32 Wie met een vrouw overspel pleegt, is zonder verstand [lett. ‘zonder hart’]. Wie dat doet, richt zijn ziel te gronde.
Spr. 10:8 Wie wijs van hart is, neemt de geboden aan, maar wie dwaas van lippen is, komt ten val.
Nu wordt ook duidelijk wat de Bijbel bedoeld met het ‘besnijden’ van het hart. De besnijdenis is een teken van onderwerping en gehoorzaamheid. Als we ons hart besnijden, dan betekent dit dat we als ons denken, willen en intenties onderwerpen aan Gods wil.
Eén van de centrale teksten in het Oude Testament is het zgn. ‘Sjema’:
Deut. 6:4 Luister, Israël! De HEERE, onze God, de HEERE is één! Daarom zult u de HEERE, uw God, liefhebben met heel uw hart, met heel uw ziel en met heel uw kracht.
Hier wordt gesproken over het dienen van God met hart, ziel en kracht. In het moderne Nederlands is dit dus met verstand, hart, en inzet. Deze tekst wordt als volgt in het Nieuwe Testament door Jezus aangehaald:
Mat. 22:37 Jezus zei tegen hem: U zult de Heere, uw God, liefhebben met heel uw hart, met heel uw ziel en met heel uw verstand.
Marc. 12:30 En u zult de Heere, uw God, liefhebben met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand en met heel uw kracht.
Wat opvalt is dat hier het woord ‘verstand’ is ingevoegd. Dit heeft ongetwijfeld te maken met het feit dat in het Hebreeuws het hart de plek van het verstand was, en in de tijd van het Nieuwe Testament in het Griekse taalgebruik het hart net als bij ons de plek is van de emoties. Vandaar dat in het Grieks het verstand is toegevoegd.
Voor de volledigheid kan opgemerkt worden dat er ook teksten zijn in het Oude Testament waarin het hart wel de plaats is van emoties [[2]].
3. Nieren
De nieren zijn de plaats van de emoties in het Hebreeuws van het Oude Testament. Vaak worden hart en nieren naast elkaar genoemd.
Ps. 7:10 Laat er toch een einde komen aan de slechtheid van de goddelozen, maar doe de rechtvaardige standhouden, o rechtvaardige God, Die harten en nieren beproeft.
Ps. 26:2 Beproef mij, HEERE, ja, stel mij op de proef, toets mijn nieren en mijn hart.
Jer. 11:20 Maar, HEERE van de legermachten, rechtvaardige Rechter, U Die de nieren en het hart beproeft,
Maar ook worden de nieren regelmatig als zodanig genoemd:
Ps. 73:21-22 Toen mijn hart verbitterd was en ik in mijn nieren geprikkeld werd, hoe onverstandig was ik toen, ik wist niets! Ik was een redeloos dier bij U.
Spr. 23:15-16 Mijn zoon, als je hart wijs is, zal mijn hart zich verblijden, ja, het mijne! Mijn nieren zullen van vreugde opspringen, als je lippen spreken wat billijk is.
4. Lever
Het Hebreeuwse woord voor ‘lever’ betekent zoveel als ‘dat wat zwaar is’. De lever is het zwaarste orgaan van een mens, en dat was dus kennelijk in de oudheid al bekend. Er is nog een ander woord in het Hebreeuws dat afgeleid is van het woord ‘zwaar’, namelijk het woord ‘glorie’. Dit woord betekent letterlijk ‘dat wat gewicht heeft’. Op die manier is te begrijpen dat in het Hebreeuwse denken de lever de plaats is van iemands glorie en eer. Als de lever wordt aangetast, dan betekent dit dat iemands eer is aangetast.
Klaagl. 2:11 Mijn ogen zijn verteerd door tranen, mijn binnenste is vol onrust. Mijn ingewanden [lett. lever] zijn ter aarde uitgestort, vanwege de breuk van de dochter van mijn volk, om het bezwijken van kind en zuigeling op de pleinen van de stad.
Spr. 7:22-23 Meteen ging hij achter haar aan, zoals een rund ter slachting gaat en zoals een dwaas in een enkelboei als straf, totdat een pijl zijn lever splijt, zoals een vogel zich haast naar een strik, en niet weet dat het tegen zijn leven gericht is.
5. Neus
Het Hebreeuwse woord voor ‘neus’ is verwant met het woord ‘boos’. Iemand die boos is heeft trillende neusvleugels of haalt zwaar adem door zijn neus. We kunnen de associatie dus wel begrijpen.
2 Sam. 22:16 De bodem van de zee werd zichtbaar, de fundamenten van de wereld werden blootgelegd door de bestraffing van de HEERE, door het blazen van de adem uit Zijn neus.
Job 4:9 Door de adem van God komen zij om, en door het blazen van Zijn neus worden zij vernietigd.
Ps. 18:16 De waterstromen werden zichtbaar, de fundamenten van de wereld werden blootgelegd door Uw bestraffing, HEERE, door het blazen van de adem uit Uw neus.
6. Binnenste
Net als de nieren wordt ook het binnenste genoemd als plaats van emoties [[3]].
Jes. 16:11 Daarom klagen mijn ingewanden om Moab als een harp, en mijn binnenste om Kir-Heres.
Jer. 31:20 Is Efraïm voor Mij niet een dierbare zoon, is hij voor Mij niet een lievelingskind? Want zo dikwijls als Ik tot hem spreek, denk Ik nog voortdurend aan hem. Daarom is Mijn binnenste bewogen over hem, Ik zal Mij zeker over hem ontfermen, spreekt de HEERE.
Zoals hart en nieren regelmatig naast elkaar worden gezet, zo worden ook binnenste en hart naast elkaar gezet.
Jer. 31:33 Voorzeker, dit is het verbond dat Ik na die dagen met het huis van Israël sluiten zal, spreekt de HEERE: Ik zal Mijn wet in hun binnenste geven en zal die in hun hart schrijven. Ik zal hun tot een God zijn en zíj zullen Mij tot een volk zijn.
Ez. 36:25-27 Ik zal rein water op u sprenkelen en u zult rein worden. Van al uw onreinheden en van al uw stinkgoden zal Ik u reinigen. Dan zal Ik u een nieuw hart geven en een nieuwe geest in uw binnenste geven. Ik zal het hart van steen uit uw lichaam wegnemen en u een hart van vlees geven. Ik zal Mijn Geest in uw binnenste geven. Ik zal maken dat u in Mijn verordeningen wandelt en dat u Mijn bepalingen in acht neemt en ze houdt.
7. Voet
De voet kan een eufemisme zijn voor het mannelijk geslachtsdeel:
1 Sam. 24:4 Hij kwam bij de schaapskooien aan de weg, waar een grot was; Saul ging daarin om zijn behoefte te doen [lett. om zijn voeten te bedekken].
Jes. 7:20 Op die dag zal de Heere met een scheermes, ingehuurd aan de overzijde van de rivier de Eufraat, namelijk de koning van Assyrië, het hoofd- en het schaamhaar [lett. het haar van de voeten] afscheren; en het zal ook de baard wegnemen.
Er zijn andere eufemismen in de Bijbel te vinden, zoals middel/heupen (1 Kon. 12:10; 2 Kron. 10:10).
Naar alle waarschijnlijkheid komen we ook een eufemisme voor het vrouwelijk geslachtsdeel in de Bijbel tegen. In Jesaja staat een woord dat eigenlijk zoiets als kom of holte betekent [[4]]:
Jes. 3:17 daarom zal de Heere de schedel van de dochters van Sion schurftig maken, en hun schaamdelen zal de HEERE ontbloten.
Bas Krins – april 2020
[1] Andere voorbeelden:
Num. 16:28 Toen zei Mozes: Hierdoor zult u weten dat de HEERE mij gezonden heeft om al deze daden te doen, dat zij niet uit mijn eigen hart voortgekomen zijn.
Num. 24:13 Al zou Balak mij zijn huis vol zilver en goud geven, ik zal het bevel van de HEERE niet kunnen overtreden door uit eigen hart goed of kwaad te doen; wat de HEERE spreken zal, dat zal ik spreken.
1 Sam. 9:20 Wat de ezelinnen betreft, die vandaag al drie dagen zoek zijn, laat dat u niet aan het hart gaan, want ze zijn gevonden.
[2] Bijvoorbeeld:
Gen. 6:6 Toen kreeg de HEERE er berouw over dat Hij de mens op de aarde gemaakt had, en het bedroefde Hem in Zijn hart.
Ex. 4:14 Toen ontbrandde de toorn van de HEERE tegen Mozes en Hij zei: Aäron, de Leviet, is toch uw broer? Ik weet dat híj uitstekend spreken kan. Bovendien, zie, hij trekt u tegemoet. Zodra hij u ziet, zal hij zich van harte verblijden.
Deut. 28:65 Daarbij zult u onder die volken niet tot rust komen en uw voetzool zal geen rustplaats hebben, want de HEERE zal u daar een bevend hart, kwijnende ogen en een treurende ziel geven.
Ps. 16:9 Daarom is mijn hart verblijd en mijn eer verheugt zich, ook zal mijn lichaam veilig wonen.
[3] Andere voorbeelden:
Jer. 4:19 Mijn binnenste, mijn binnenste, ik krimp ineen, wanden van mijn hart! Mijn hart is onrustig in mij, ik kan niet zwijgen, want u, mijn ziel, hoort bazuingeschal en krijgsgeschreeuw.
Kl. 1:20 Zie, HEERE, hoe het mij bang te moede is; mijn ingewanden zijn vol onrust, mijn hart keert zich om in mijn binnenste, want ik ben zeer ongehoorzaam geweest; buiten heeft het zwaard mij van kinderen beroofd, binnenshuis is het als de dood.
[4] In 1 Kon. 7:50 staat een woord dat van dezelfde stam afkomstig is, en dat vertaald wordt met ‘kom’. De vertaling met voorhoofd (NBV) is gebaseerd op een verwant woord uit het Akkadisch.